Luisteren we wel naar moeder natuur?
Ode to Mother Nature │ Sylvia Huang & Boris Kusnezow │ Fuga Libera
De natuur is al eeuwenlang een onuitputtelijke bron van inspiratie. Van Vivaldi’s jubelende Vier Jaargetijden tot Astor Piazzolla’s zwoele Cuatro Estaciones Porteñas: telkens probeert de mens de veranderende wereld om zich heen te vangen in klank, kleur en beweging. Ook schilders als Monet en J.M.William Turner lieten de seizoenen ademen in hun werk — licht, mist, regen, zon. Maar waar zij vooral de pracht en kracht vierden, klinkt bij Sylvia Huang en Boris Kusnezow op hun nieuwe cd Ode to Mother Nature iets anders mee: verwondering, maar ook kwetsbaarheid, ontzag en nederigheid tegenover een natuur die haar evenwicht verliest.
De Belgische violiste Sylvia Huang, sinds haar laureaatschap op de Koningin Elisabethwedstrijd 2019 uitgegroeid tot een van de meest poëtische stemmen van haar generatie, speelt met een warmte die nooit koket is. Haar toon heeft iets innemends menselijks, alsof ze niet speelt over de natuur, maar met haar. Pianist Boris Kusnezow, geboren in Moskou en opgegroeid in Duitsland, vormt haar ideale klankpartner: verfijnd, transparant en met een groot gevoel voor adem en timing.
Het programma voert langs werken van o.a. Ysaÿe, Gabriël Dupont, Lili Boulanger, Dora Pejačević, Edvard Grieg – componisten die elk de seizoenen gebruiken als spiegel van het innerlijk. De reis gaat van winter naar herfst, van stilte naar bezinning.
De ontdekking van het album is ongetwijfeld de Kroatische componiste Dora Pejačević (1885–1923), met haar Violinsonate nr. 1 in D, Op. 26 “Spring”. Deze zelden uitgevoerde sonate ademt aristocratische verfijning en ontroerende emotionaliteit. In de tweede beweging (Andante con moto) bloeit een lyrische dialoog tussen viool en piano die herinnert aan Brahms, maar met een vrouwelijke gevoeligheid die haar muziek onderscheidt. Huang en Kusnezow geven de componiste — te jong gestorven na een bevalling — haar stem terug.
Ook Lili Boulanger (1893–1918) krijgt een glansrol. Haar D’un matin de printemps tintelt van levenslust, maar draagt tegelijk de weemoed van een ook al veel te vroeg gestorven genie. De musici vinden precies dat evenwicht tussen breekbaarheid en kracht, tussen jeugdige sprankeling en droef besef.
Wat deze opname bijzonder maakt, is niet enkel de zorgvuldige programmatie, maar vooral de menselijke toon. De natuur is geen decor, maar gesprekspartner. In een tijd waarin klimaatverandering niet langer een verre dreiging is, maar een dagelijkse realiteit, klinkt Ode to Mother Nature als een zacht, maar dringend pleidooi om weer aandachtig te luisteren — naar de aarde, en naar elkaar. Of, zoals De Griekse filosoof Aristoteles ooit zei: “De natuur doet niets zonder doel.”
Bart Debbaut, november 2025